Nieuws

Door de neerslag van het voorjaar kan de druk van aarziekten hoger zijn. Hier een overzicht van de meest voorkomende ziekteverwekkers.

Bladvlekkenziekte en bruine roest breidden nog uit en vragen nog altijd de nodige aandacht. Houd zeker het laatste blad gezond en denk mogelijk nog aan de aarbescherming!

Nu de tarwe in aar komt, of al in aar staat, moet aan de aarbescherming gedacht worden, zeker dit seizoen! Bruine roest en bladvlekkenziekte breidden nog altijd uit en vind je ongeveer overal. Het is belangrijk het laatste blad zo lang mogelijk tegen ziekten te beschermen voor de korrelvulling.

Grote verschillen in aanwezigheid gele roest, maar algemene aantasting van septoria. De tarwe bevindt zich nu doorgaans in stadium “2e knoop” (stadium 32) en “derde knoop voelbaar” (stadium 33).

Op verschillende percelen is het gewasstadium voor T2 behandeling om het laatste blad en aar te beschermen bereikt. De behandelingsdrempel voor bladseptoria wordt vaker bereikt. Bruine roest breidt net als gele roest verder uit.

Bruine en gele roest tonen een sterke toename. Witziekte speelt duidelijk minder.

De roesten breiden uit en bladseptoria dreigt mee op te klimmen in de planten. De aanwezigheid van witziekte blijft stabiel.

Ruim 2/3de van de wintertarwepercelen bevinden zich in stadia 31-33. Vooral bladseptoria, maar ook bruine roest breidde afgelopen week uit. Wintergerst bevindt zich in stadium laatste blad - baardenstadium in het LCG-netwerk.

Waarnemingen tonen opnieuw een uitbreiding van bruine roest. Septoria blijft uiteraard aanwezig en zal door het buiige weer verder moeten opgevolgd worden. Ook de gevoelige variëteiten voor gele roest moeten in het oog worden gehouden.

De eerste waarnemingen in het LCG-netwerk tonen een spreiding in ontwikkelingsstadia en ziekteaantasting in de wintertarwe.
De ziektewaarnemingen duiden voornamelijk op septoria. Lokaal werd ook witziekte, gele roest en zelfs bruine roest vastgesteld.