Halmdoder

Gaeumannomyces graminis / Ophiobolus graminis

Levenswijze

Halmdoder is een schimmelziekte, die overleeft op gewasresten van een voorteelt, zoals stro- en stoppelresten. Van daaruit gebeurt de infectie van de nieuwe wortels van granen. Hierdoor gebeurt de eerste aantasting vaak in de herfst. Het schimmelweefsel kan op deze manier 1 tot 2 jaar overleven tot de stoppels verrot zijn. 

De overlevingskansen van de schimmel zijn in lichte, zanderige bodems groter dan in zware gronden. Maar ook op zware gronden zonder kruimelstructuur kan de ziekte optreden, bijvoorbeeld op wendakkers of natte plekken. 

Bevorderlijke omstandigheden

Bodem
  • lichte gronden
  • luchtige bodems
  • vochtige bodem
  • bodems met hoge pH
Voorvrucht
  • Stro nalatende teelten, zoals tarwe, gerst, triticale en rogge, stimuleren de ontwikkeling van de ziekte
  • Ook maïs, biet, soja, luzerne, raaigras en onkruidgrassen bevorderen de ziekteontwikkeling
  • De ziekte ontwikkeling wordt onderbroken door de teelt van aardappelen, klaver, erwt, haver en sorghum
Bodembewerking
  • Ploegen in geval van waardplant als voorteelt is aangeraden
  • De schimmel kan via bodembewerkingen verspreid worden over grotere afstand. Vaak worden haarden in de richting van bodembewerkingen vastgesteld.
  • Verkleinen van stroresten op het veld, reduceert de overlevingsperiode van de schimmel
Zaai
  • Bij late zaai vindt de schimmel minder gemakkelijk de weg van rottende stro- en stoppelresten
  • Een aangedrukt zaaibed vermindert het risico op infectie.
Weersomstandigheden
  • Een vochtige, zachte herfst gevolgd door een zachte en vochtige winter en lente stimuleert de schimmelontwikkeling
  • Droogte op het einde van de vegetatieve groei is bevorderlijk

Symptomen van aantasting door halmdoder

De graanplant kan in ieder groeistadium aangetast worden:

Vroeg in het seizoen

Een vroege aantasting kan leiden tot verzwakte groei, minder uitstoeling en verlies aan planten. Door de schimmelgroei, verkleurt de stengelbasis bruinzwart. Bij een beginnende aantasting komt zwart schimmelpluis voor op de wortels, later verkleuren de wortels grijs tot volledig zwart en zijn ze sterk verrot. Bijgevolg breken de wortels gemakkelijk af bij het trekken aan de stengel.

Vanaf aarschuiven

Vanaf het stadium aarschuiven zijn zieke planten te herkennen aan een geremde groei en bleke witgrijze verkleuring. De aren staan meer rechtop dan bij gezonde planten en zijn ongelijkmatig over het veld verdeeld. De witte aren zijn opvallend in een groen gewas. Deze aren zijn vaak leeg en de gehele plant verbleekt door gebrek aan water en voedingsstoffen door aangetast wortelstelsel.

Onder vochtige omstandigheden kunnen de afstervende planten aangetast worden door een secundaire infectie door zwartschimmels.

Bestrijding

Preventieve maatregelen
  • Vruchtafwisseling
  • Stro- en stoppelresten verwijderen of verkleinen en inwerken
  • Opslag van granen en (onkruid)grassen bestrijden 
  • Vroege zaai vermijden
  • Late rassen op risicopercelen vermijden
Zaaizaadbehandeling

In tarwe, gerst, tricitcale en spelt kan zaaizaadbehandeling toegepast worden specifiek voor halmdoder

A tot Z